Het is de diepgang in gesprekken
tussen jezelf en de
ander
die aan het leven ware betekenis
geeft.
Daar kan geen geld en goed
tegenop....
Deze momenten zijn mijn rijkste
bezit.
Annemiek
Wat doe je in een regenweekend? Het gasfornuis en de oven
schoonmaken. Ik niet hoor....maar meneer de tijd! Schoonmaken
doe je met vier parten van een cirkel....Welke vier parten?
Tijd (intrek of inweek tijd)
Temperatuur (koud lauw warm of heet
water)
Mechanische kracht (schrobber of
schuurmachine hand of wasmachine)
Al die vier zaken samen maken je vuile object of kleding
schoon. Het leuke is... Als je een van de vier hoger zet kunnen de andere drie
omlaag. Iets om over na te denken...
Stel je hebt een erg onderkomen tegelwand of vloer. Daar heb
je warm water, een schrobber of borstel, tijd en allesreiniger voor nodig.
Kokend water zou ook helpen (te duur)
De tijd? die kost niets en zet ik de vloer of de tegelwand in
de week en kan het schoonmaakmiddel lekker intrekken en weekt het vuil los zodat
je het vuil moeiteloos weg kan vegen...
Een vieze werkkleding was? In de week zetten en dat kan prima
in je eigen wasmachine door de wasmachine water te laten nemen en het wasmiddel
en water enkele slagen rond te laten draaien. Water en wasmiddel is nu vermengd
en zet je de wasmachine uit door de stroom te onderbreken. Aan/uit knop uit.
Drie uur later zet je de wasmachine weer aan en is het vuil los geweekt. Op een
lagere temperatuur en korter programma
heb je een schone was zonder agressieve waskrachtversterkers die geweldig duur zijn.
heb je een schone was zonder agressieve waskrachtversterkers die geweldig duur zijn.
Mijn oven en gasfornuis heb ik met de tijd in
te zetten moeiteloos schoongemaakt... Verslag ter plaatse van uw
mijmering schrijfster...
De gaspitten heb ik in het laatste afwas sop voor de nacht in
de week gezet. De ochtend erop was het ingebrand vuil grotendeels los geweekt en
met een stukje soap pad (brillo) zonder moeite
in een minuutje schoon.
De pannendragers met ingebakken vet (iedereen knoeit wel eens)
werden alle drie inclusief de wok ring in een bak gelegd met 2 liter SUNSODA
(kost nog geen 38 eurocent) en met warm water begoten tot de pannendragers onder
water lagen. Heb ik een nacht en een halve dag laten weken. Een voor een werden
ze op een dweil op de tuintafel gelegd en met een staalborstel het los geweekte
vet afgeborsteld (zie foto’s)
De ovenbodem plaat heb ik met een dikke laag SUNSODA
ingesmeerd en een natte dweil erop gelegd. Een nacht lang weken en met een
krabbertje en doek werd het vuil opgenomen. Helemaal schoon werd die plaat niet
meer maar dat was te voorzien. Toch ging 75% van het ingebakken vuil
eraf....
De twee roosters heb ik gewoon aan een haak in de regenton
laten zakken. Gewoon regenwater of leidingwater is ook al heel wat. Daar hoeft
niet eens schoonmaakmiddel bij. De roosters zijn zo groot dat ik geen bak ervoor
heb en dacht ik opeens aan die regenton... Na een
nacht weken kon met een stukje soappad het ingebakken (inmiddels losgeweekte)
vuil er bijna moeiteloos van verwijderd. De staalborstel nog even langs de
middenspijltjes voor in de hoekjes en bliezenblank zoals je ziet...
De SUNSODA waarin de pannendragers in de week lagen kan hergebruikt worden. Ik heb de knoppen van het fornuis eraf gehaald en in deze SUNSODA in de week gelegd, dan zijn ze eens echt schoon. Ik heb de bak sop buiten op de hof laten staan en neem elke keer wat van het spul indien nodig. Je zou het geconcentreerde SUNSODA kunnen noemen en ik heb de badkamer ermee schoongemaakt en de vloeren ermee gedweild. Hergebruik sop heb ik altijd al gedaan...
Terug in de tijd denk ik aan Catharina van Sielke van Betje
van weetikveel... Roepnaam Trina. Een klein vinnig vrouwtje met heel kleine
voetjes weet ik nog. Maat 33 en ik heb verschillende echte damesschoentjes met
hakjes voor haar op de kop kunnen tikken. Ze zou later mijn eerste schoonmoeder
worden en ik leerde haar kennen toen ik net 16 jaar was.
Ze was heel zuinig en
dreef dat ver door. In de serre oftewel bijkeuken stond de wasmachine en op
zondag draaide de kookwas in dalurentarief. De keukendeur stond open want als de
wasmachine het sop weg pompte moest Trina snel zijn. Dan ging de slang in een
grote kuip en werd het sop bewaard voor was nummer twee... en wel de bonte was. Daarna
werd het sop weer opgevangen om werkkleding in de week te zetten en daarna om de
stoep te schrobben of de keukenvloer te dweilen.
Het laatste spoelwater werd afgetapt om te dweilen of de planten in de tuin water te geven. Natuurlijk
gebruikte Trina geen wasverzachter. De was op de waslijnen in de tuin werd
strijkdroog van de lijn genomen en meestal door mij gestreken. Ik was daar kind
aan huis en bakte op zondagavonden friet van dikke aardappels die tot dikke Vlaamse friet werd gesneden en voor en af gebakken in dezelfde serre met deze
keer de keukendeur dicht en de twee buitendeuren open. Aardappels kosten in die
tijd bijna niets en ik bakte wel een eind weg...
Op zaterdagavond bakten we een biscuitbodem waar steevast
ananas op ging en het sap gebonden met aardappelzetmeel kwam daarop. Op
zondagmiddag werd die heerlijkheid opgespoten met zelf geklopte slagroom en
kwamen de buren op bezoek. Later heb ik me gerealiseerd dat de verkering die ik
met de oudste zoon had eigenlijk verkering met Trina en het thuisgevoel was. Zo
zou een gezin moeten zijn en bij ons thuis was het heel anders. De warmte en geborgenheid bij huize Trina was enorm en ik hoefde
nergens anders heen. Ze hadden het niet breed maar dat deed niets af aan de
gezelligheid. Alleen die verkering wist ik niet goed raad mee...ik werd niet
warm of koud van Hans en wist eigenlijk niet hoe verliefdheid hoorde te voelen
en deed mijn zus Gerry gewoon na. Die spaarde voor de uitzet en als je verkering
had ging je eens trouwen leerde ik van haar. Dan was je voor altijd bevrijd van
het vreselijke gezin van Deursen waar moeder de scepter zwaaide en vader nog
niet de helft wist van wat er allemaal gebeurde als hij werken was...
Mijn eerste huwelijk was dan ook een vlucht en Hans en ik
hebben nog eens in het hooi gelegen ergens om te oefenen maar we vonden daar beiden niets aan. We wilden gewoon weg van huis zonder flauwe kul en voor hem was dat die lamstraal van
een broer die op zijn slaapkamer lag... Voor we trouwden is Hans nog eens
verliefd geweest op mijn jongste zus Henny die hem maar een griezel vond. Toen
ik op mijn beurt verliefd werd op mijn baas de chefkok van POC was Hans in Militaire dienst en
bij de Marine op bevoorradingsschip Hare majesteit de Poolster. In Zweden of
Denemarken heeft hij nog eens de beest
uitgehangen om erachter te komen of hij wel hetero was en kwamen er kaarten met hartjes van een zekere Eileen of Aileen
weetikveel. Al die wederzijdse verliefdheid betekende volgens mij dat we de
verkering maar moesten verbreken... Hans dacht er niet aan en ik vond weg van
thuis ook wel heel aantrekkelijk. We zijn toch getrouwd en hadden al snel ieder
onze eigen slaapkamer en geen mens zou dat zijn opgevallen als ik de
slaapkamerdeuren niet constant open liet staan....
Annemiek.