maandag 19 mei 2025

Mijmering 38 Vlierbloesemsiroop, courgetplant met kraagje, Quiche, witlof stoven, salades en een verhaaltje...

Beste mensen,

Je kunt niet liefhebben zonder jezelf open te stellen, en als je dat doet bestaat de kans dat je eronder zult lijden. Dat is het risico van liefhebben…

Annemiek

Mijmering 38 2025.

Tip… De koude nachten voorbij mogen de courgetplantjes in de volle grond. 

Ze zijn inmiddels afgehard onder het afdak en gewend aan de buitentemperatuur. 

De groei zit erin en met mijn vergrootglas zie ik zowaar kleine courgetjes in een paar plantjes.

Met de schop werd een passend gat gemaakt in de aarde,

 onderin enkele koemestkorrels waarop de plant werd gezet.

 Aarde aandrukken en komt een kraagje om de plant. 

Die kraagjes zijn hoge plastic potten zonder bodem die ietsje in de aarde worden gedrukt.

Binnenin het kraagje rond de plant komt koffieprut en enkele koemestkorrels met water. 

Meer kan ik niet doen tegen slakkenvraat. 

De bladeren van de plantjes rusten op de rand van het kraagje en in de nacht viel wat regen…

Tip 2…Een lieve lezer stuurde me enkele jaren geleden boomspinaziezaad. 

De planten werden best hoog en de jonge blaadjes werden verwerkt in wok gerechtjes. 

Af en toe komt nog wel eens een plantje op, uit een zaadje dat zich twee jaar schuil hield. 

Ze zijn herkenbaar aan het rode blad in het hart. 

Dit jaar mogen ze weer groeien en volgen we groei en bloei op de voet als de slakken ze niet wegvreten.

De plantjes werden bij elkaar gezet...


Tip 3… Witlof bijgerecht als hoofdgerecht werden enkele kolfjes gehalveerd en de harde stukjes weggesneden. 

Ze werden in de stoofpan gelegd in iets zonnebloemolie en ietsje zout. 

Stoven en garende werden ze eenmaal omgedraaid met even de deksel op de pan. 

Op de schaal kwamen wat druppeltjes honing op de witlof 

en stukjes bruinbrood erbij gelegd…

Tip 4…De krop sla met kluit op water gezet brengt voor de derde keer een maaltijdsalade. De ingrediënten en werkwijze zijn deze keer:

Een halfje witlof waar gisteren geen plek meer voor was in de
pan.

1 appel geschild en in stukjes gesneden.

Een uitgeknepen citroen en omscheppen.

Stukjes paprika en wat witte rozijnen.

Blaadjes sla grof gesneden.

Cocktailtomaatjes middendoor gesneden.

Scheut olijfolie en balsamicoazijn plus een schepje suiker.

Voorzichtig mengen en kwam de rest kidneybonen bovenop die nog in de koelkast lagen.

Wat een heerlijkheid!

Tip 5…Quiche. Drie gekregen preien en puntpaprika werden gestoofd in de pan in iets
zonnebloemolie. 

Wat peper erbij en zout hoeft niet dat zit al teveel in de kaas.

Blaadjes bladerdeeg werden ontdooid en een ingevette ovenschaal mee bekleed. 

In een kom werden vier eieren losgeklopt met 1 doosje slagroom en wat geraspte kaas
toegevoegd.

De oven aangezet op 180 graden.

De groenten op het deeg verdelen en de eieren/room/kaas.

 Bovenop nog wat geraspte kaas. 

De blaadjes deeg die over waren werden flapjes 

voor bij de koffie en hoe je ze maakt zie je op de foto’s.

De week zonder afval is gestart (van 19 t/m 25 mei). 

Graag doe ik hieraan mee om te kijken of hier en daar iets te verbeteren valt. 

Hergebruik van verpakkingsmateriaal en meestal verpakking vermijden 

staat bij mij hoog in het vaandel en als je meekijkt doe je misschien tips op.

Een leeg Griekse yoghurt bakje wordt verknipt tot “gereedschap” waarmee stukken quiche uit de vorm worden geschept. 

Het stuk quiche word op het stukje “gereedschap” 

in een hergebruikt zakje geschoven en komt in de vriezer. 

Een deksel van dergelijk bakje kan als afdekplaatje op een schaaltje of beker.

Folie op gerechten doe ik nooit en dek af met schalen en borden.

Groente met krimpfolie koop ik niet en voorgesneden nooit. 

In mijn tas zitten hergebruik netjes en in mijn fietstas bakjes en zakjes. 

Eierschalen worden vermalen tot kalk voor de aarde. 

Groenteafval wat geen diertje meer eten kan of wil kan in de compostbak.

Onder mijn keukenkraan staat een bak waarin gebruikt water wordt opgevangen 

van groente afspoelen of mijn handen. (Nee geen zeep.) 

Het water kan bij de plantjes in de tuin. 

Spoelwater van handwasjes krijgen de bomen in mijn tuin.

In een emmer buiten staat het afwassop van gisteren of handwassop 

waarin alvast een schaal kan weken. 

Als een doos ijs werd gekocht is de doos diepvriesdoos voor maaltijden.

Mijn leventje…Onderin mijn mand met deksel werd een schone theedoek gelegd. 

Een tochtje langs bloeiende vlierbloesem werd gemaakt met de schaar in de fietstas. 

Zoveel mogelijk ver van verkeer werd bloesem afgeknipt. 

Goed kijken is aan de orde want hier en daar zitten bladluizen en die bloemschermen mogen blijven hangen. 

Luizen of niet, de bloemen zullen bessen worden en vind ik wel weer in de nazomer.

Thuis gekomen werden de bloemschermen met schone handen nog eens gecontroleerd 

en kwamen ze ongewassen in een pan want het stuifmeel, daar gaat het om. 

De schermen onder water zetten met drie of vier geschrobde citroenen in schijven gesneden.

 Deksel op de pan en dit mengsel 24 uur laten rusten met af en toe omroeren.

Verder heb je morgen veel suiker nodig en flessen of potjes voor de siroop.

Tot slot nog een verhaaltje…

Fiets vakantie Zeeland dag vijf. Mei 2006.

Vandaag maak ik een mega trip naar Ouwerkerk. Ik wil het watersnoodmuseum gaan bezoeken dat is gevestigd in een van de vier sluiting caissons die indertijd op die plaats werden gebruikt om het gat in de dijk te dichten.

De watersnoodramp in 1953 heeft me altijd geboeid omdat mijn vader er met zijn roeiboot mensen heeft gered. De enkele keer dat hij tijdens mijn opgroeien daarover sprak hing ik aan zijn lippen.

Later na zijn hersenbloeding waren er periodes dat hij vol emotie delen van de ramp opnieuw


beleefde en erover sprak. Vandaag in Ouwerkerk hoop ik een stukje van mijn vader zijn belevenissen terug te vinden.

Het museum is om 13.00 uur pas open, reden om niet te vroeg te vertrekken.
Om negen uur zit ik op de fiets, een regenjas en lunch pakketje mee. En mijn flesjes water. De kaart van Schouwen Duiveland in mijn stuurtasje.


Afgelopen nacht heeft het geregend en gestormd. Nu is het droog en de zon schijnt.

Ik besluit niet de lange route naar Zierikzee te kiezen. Ik weet niet hoe ver Ouderkerk is en of ik niet verdwaal wat steevast het geval is. Over de provinciale korte weg maar en de kilometers vliegen door mijn benen.

Het is heerlijk zo te fietsen. Mijn vest gaat uit en het hesje zonder mouwen aan.
Veertien kilometer verder sta ik bij het gemeentehuis in Zierikzee.

Ik besluit uitgebreid koffie te gaan drinken in het centrum. Koffie met appeltaart. In de zon met
zicht op mijn fiets zit ik een tijdje op een terras. De appeltaart van grootmoeders recept valt vies tegen. Synthetisch gebak noem ik dat. Gort droog. De appel smaakt niet naar appel maar naar abrikoos uit blik. Jakkes…….Eigen schuld dikke bult. Je weet het toch Annemiek van Deursen!!

De kelner is wel leuk. Hij wijst me de weg. Dwars door het centrum over de brug en dan links aan houden. Ik deed iets verkeerd, ik zit op de autoweg. Snel terug maar. Ik zie een bord Nieuwerkerk, waar is Ouwerkerk? Mijn kaart vertelt me dat de twee dorpen niet ver van elkaar liggen. Richting Nieuwerkerk dus.
Prachtige fietspaden, mijn conditie is gestegen deze week lijkt het wel. Later zal ik erachter komen dat het eiland vanaf Renesse naar Ouwerkerk vals plat afloopt.
De vrolijke sufferd op de fiets heeft dat niet in de gaten. Conditie hè !?
Vergeet het maar.

Veel sneller dan verwacht staat er een bord Ouwerkerk. Ik ben uren te vroeg en besluit in het dorp eerst koffie te gaan drinken. Alles gesloten zelfs de bakker.
Dan maar het bord ,,watersnoodmuseum’’ volgen. Misschien is er een restaurant.
Het bord stuurt me het dorp weer uit naar de weg van de buitenlandse pers. 
Wat een naam. 

Het zal wel een reden hebben. Op een heuvel staat een gigantisch restaurant. Ernaast het museum in een caisson. Ik wandel wat rond en zie nog drie caissons liggen in het landschap. Ontroert sta ik bij een monument ter nagedachtenis aan allen die verdronken.

Even naar het restaurant. Het is pas twaalf uur. Opeens is het koud. Ik doe mijn vest aan de wind is op gestoken Toch blijf ik buiten op het terras.

Om 12.30 stal ik mijn fiets en lees de inlichtingen bij de ingang van het museum. Ik voel de aanwezigheid van mijn vader…of beeld ik me dat in? Naar mijn gevoel zit hij naast me op het muurtje bij de ingang en ik hoor zijn stem. “Ik heb ze van de daken moeten slaan.” Ouwe mensen in het zwart…Allemaal in het zwart.” “Hun handen los moeten trekken van dakranden en schoorstenen.” “Kom maar vrouwke.” Dan verwaaid zijn stem in de wind. Er komt een meneer het pad op.

“U komt voor het museum,” vraagt hij. Even later zijn we in een boeiend gesprek. Hij was erbij, als kind. Hij weet veel van de verhalen. We moeten wachten op zijn collega die de sleutel van het museum heeft. Ondertussen vertel ik hem waarom het museum me boeit.

Ik kan mijn vader geen vragen meer stellen. Dus stel ik ze aan de meneer bij de ingang.
Hoe kwam mijn vader met zijn roeiboot in Zeeland?
En waarom hij? Die toen al getrouwd was, bij Verolme werkte en drie kinderen had? Ik was twee jaar en Tonnie net geboren.

De meneer vertelt dat de opblaasboten van het leger binnen de kortste keren lek waren door hekwerk en prikkeldraad net onder het water oppervlak. Er waren veel te weinig boten. Er werden oproepen gedaan in den lande. Particulieren met bootjes trokken richting Zeeland.
Vrachtwagens vol bootjes. Mijn vader die in het vesting stadje Heusden woonde hoefde de maas maar af te zakken vertelt de meneer... Het water stond zelfs in Brabant. Zo zal het zijn geweest…

Even later komt de collega en opent de deur. Ik hoef niet direct te betalen. De meneer zet direct een film aan met beelden uit 1953. De tranen lopen over mijn wangen. En weer voel ik mijn vader. De vader van toen ik klein was.

Het tweede deel van het recept
vlierbloesemsiroop komt donderdag.
Je kan het plukken van de bloesem
daarop afstemmen als je wil.

Henk van Deursen de slanke arbeider met zijn alpinopet en zijn onafscheidelijk sigaretje. “Het is verrekte koud Godverdomme!” Zegt hij. Zijn te dunne kleding voor dit werk is doornat. Hij vloekt van emotie zo ken ik hem wel.

 De regen en de koude voelt hij niet echt. Hij telt niet de mensen die hij redde. Hij telt de mensen die hij moest achter laten…

Het polygoon journaal in het museum is aangrijpend. Oude beelden en de krakende stem van de nieuwslezer.
Even later lees ik de namen van zij die omkwamen. Even verder staat een tafel met oude telefoon toestellen. Als ik de hoorn opneem hoor ik de oude radio berichten.

Ik zie ons oud bakeliet radio toestel voor me in de kamer op het dressoir. Met grote gouden letters staat er PHILIPS op. Daar zal moeder wel naar geluisterd hebben terwijl vader mensen redde.

Ik kijk verstikt van tranen naar die oude filmbeelden. Het kost me veel energie dit museum waar mijn vader zo dichtbij voelt. Naar buiten moet ik, terug naar 2006.
Ik ga te diep te ver, de emotie sloopt me. Ik mis mijn vader, meer dan ooit.

Bij de kassa betaal ik de verlate entree en koop een boek met foto’s. Het boek werd gedrukt in 1953 en is al oud. Later zal ik het lezen… thuis in Landgraaf.


Ik stap op mijn fiets en rijd 2006 weer in. Langs wegen en wegjes, langs slootjes en knotwilgen, langs fluitenkruid. Langzaam word het warmer om me heen. Hoe mooi is dit land van de zee terug gewonnen. Natuur reservaten en meertjes van wat eerst onder water heeft gestaan.

Ik ben doodmoe van alle emotie en wil alleen nog maar naar Renesse.
In een ruk rijd ik door langs Zierikzee  en Moriaanshoofd. 
Linea recta naar de caravan.
Renesse bleef droog in 1953. Omdat het hoger ligt. Nu valt me op dat ik gestaag bergop fiets. Haast onmerkbaar maar toch. Zware benen …wind tegen. Moeizaam rijd de eenzame fietser langs de wegen…

In bad en direct naar bed met een boek en warme melk. Dag pap! Hoe fijn was het vandaag dicht bij jou te zijn…

Annemiek