woensdag 31 juli 2024

Mijmering 76 Gevulde courgetbloemen, vegaburgers maken, weer een nieuw verpakking truukje en een verhaaltje...

Beste mensen,

Het leven is een kostbaar heerlijk iets

je kunt niet gaan zitten toekijken...je moet er middenin duiken

 Annemiek

Mijmering 76 2024…

Tip…Gevulde pompoen of courgetbloemen zijn heel leuk om te maken en je steelt er de show mee… 


Je kan het beste mannenbloemen gebruiken die dragen geen vruchten. 

Je herkend ze aan het stengeltje. 

Bij vrouwen bloemen groeit onder de bloem een vruchtbeginsel.

Sonja zou me appen als ze twee of drie bloemen had, die vroeg in de ochtend open gaan en direct geplukt in de koelkast werden gelegd om open te blijven. 

Ik heb de bloemen opgehaald en in sneltreinvaart van haar naar mijn koelkast gebracht want
bij warmte gaan de blommen dicht…


Een bakje kruidenkaas werd gekocht die in een spuitzakje ging en werden de bloemen ermee
gevuld. 

De bloemblaadjes dichtbinden kan met een bonenrankje of pompoenrankje dat ik niet bij de hand had. 

Met een bieslookstengel gaat het ook (dankjewel Desiree voor de tip) en werd een dik beslag gemaakt van:

Beetje bloem met theelepeltje bakpoeder of… zelfrijzend bakmeel.

1 ei en snuf zout

Beetje melk en roeren.

Melk of bloem toevoegen tot een dik beslag.

De bloemen door het beslag slepen en bakken in een bodempje  zonnebloemolie in een stoofpan. 

Op tijd keren zodat alle kanten garen en bruinen. 

In de rest beslag had ik schijven courget gewenteld en gebakken, waarop een toefje kruidenkaas kwam. 

Daar hoort een glas Hugo bij en een zwoele zomeravond op het hofje…

Tip 2…Vegaburgers maken.  Tijdens een voorspelde hete dag werd om zes uur in de


ochtend mijn huis gelucht/gekoeld 

en om acht uur alle ramen zonwering en gordijnen gesloten. 


22.5 graden in huis en werden wat klusjes gedaan in de koelte. 

Een beker witte droogbonen die 24 uur geweekt waren, werden gaar gekookt. 

In een ander pannetje een beker linzen garen (linzen hoeven niet geweekt.) Afgieten en afkoelen.

Ingrediënten vegaburgers.

1 beker groene of blonde linzen

1 beker gedroogde witte bonen (24 uur geweekt in ruim koud water)

1 dikke ui

1 rode paprika

1 groene paprika

1 ei

Peper/zout/olijfolie

Voor de afwerking:

Paneermeel

Bloem

2 eieren (of 3 als het kleine eitjes zijn)

Werkwijze: De bonen en linzen gaar koken in aparte pannen, afgieten en af laten koelen. 

In de keukenmachine (kan ook met de stamper) de bonen fijnmalen.

 Ikzelf maalde in de Moulinex de ui en anderhalve paprika heel fijn (tot vocht) en kan bij de bonen. 

De halve rode paprika die overbleef in kleine stukjes snijden voor het rode snippertje in de burgers. 

Ei, olijfolie toevoegen, peper/zout en de massa mengen met je hand.

Meestal is de massa precies goed en kan een uurtje in de koelkast opstijven. 

Indien nodig eventueel wat havermout of paneermeel of bloem toevoegen of…

olijfolie naar gelang de stijfheid van de massa.

Balletjes draaien en weer even laten rusten in de koelkast. 

Bij het afwerken pas je een truukje toe. 

Klaarzetten:

1 bord met bloem

1 bord met de los geklopte eieren

1 bord met paneermeel.

Werkwijze: Met je rechterhand een balletje door de bloem rollen, 

in bord twee leggen en met de
linkerhand het balletje door het ei rollen, 

daarna met de rechterhand door het paneermeel rollen.

De rechterhand blijft droog en alleen de linkerhand door het ei. 

Op deze manier gaat paneren probleemloos zonder geknoei of verspilling. 

De restjes ei bloem/paneermeel werd gemengd met een kwart geraspte courget en gesnipperde halve ui, 

scheut melk peper/zout en reifkoekjes van gebakken…

Natuurlijk kan je ook alleen het ei met paneermeel mengen en eventueel een scheut melk. 

Bakken in iets olie en dat heette in mijn jeugd “eierkoek.”

Verspilling tegen gaan… Als ik maar een beetje melk nodig heb neem ik een van de zes pakjes houdbare melk met 200 ml inhoud. 

Ik hield al eens een half literpak bedorven melk over… 

Bij jou werkt het misschien anders en ligt aan de gezinssamenstelling.

Vegaburgers verpakken…Ik greep mis bij de kleine diepvrieszakjes en vond een betere manier uit om de vegaburgers per stuk te verpakken.

Herbruikbare zakjes waren nog in voorraad en heb ik een stuk

(hergebruik) plastic in baantjes geknipt. 

De burgers werden in de baantjes ingerold en zeven stuks pasten in een hergebruik (met zipper) zakje.


Drie zakjes is 21 vegaburgers. 

Ik kan de burgers gemakkelijk per stuk uit de vriezer nemen…

Mijn leventje… De temperatuur in huis liep twee graden op naar 24 graden (zonder airco) bij een
buitentemperatuur van 32 graden. 

De airco heb ik wel maar 24 graden is prima uit te houden en hoeven we geen stroom te verkwanselen…

Mijn hulp Jeffrey kwam weer en leren we elkaar nog beter kennen zodat we in teamverband werken. 

Hij is de hulp in de huishouding en doe ik wat ik nog zelf kan. 

Zo is de hulp ook bedoeld en tot mijn verbazing ben ik de enigste waar hij pauze krijgt en koffie. 

Natuurlijk heb ik de regie en naarmate we opschieten wordt de pauze langer…

Verder kan ik heel goed de pauze afbreken zelfs alleen al met lichaamstaal.

Een verhaaltje uit het boek Heimwee naar Heusden… Eerste loondienst.

Mijn veertiende verjaardag was net voorbij. Dit betekende dat ik leerplichtvrij was en in loondienst mocht werken. Het zwart baantje bij de bakker werd opgezegd… Ik zou leerling-verkoopster worden bij Van Haren in de Raadhuisstraat in Geleen. De afspraak was al gemaakt door moeder.

Reifkoekjes van restjes paneren

Op een avond ging ik er met vader naar toe om me voor te stellen en kennis te maken met mijn toekomstige baas. Meneer Cornelissen (kortaf meneer genoemd) woonde boven de zaak. Direct voelde ik me bij hem thuis. Een kleine corpulente man van middelbare leeftijd. Van oorsprong een Brabander uit Waalwijk. Hij vertelde wat over de zaak en de verkoopsters. Het is me allemaal ontgaan.

Wat wel gebleven is, is de indruk van wanden vol schoenendozen. Van vloer tot plafond, waarlangs ladders aan een horizontale stang hingen.

Hoe zou ik weten wat in elke doos zat, vroeg ik me af. “Er staan nummers op”, vertelde meneer. Die moest ik eerst maar eens leren…..Leren, eindelijk wat leren!

Mijn beginsalaris zou driehonderdvijfenzeventig gulden per maand zijn. Wat een verschil met de bakker die vijftien gulden per week betaalde. Mijn zakgeld zou van twee gulden vijftig per week naar vijfentwintig gulden per maand gaan. Nou, daar kon ik wat mee. Een probleem was er nog…


 Meneer wilde dat ik schoenen van de zaak zou dragen. Daar kreeg ik wel korting op. Terwijl hij fronsend naar mijn schoenen keek, vertelde hij dat moeder nieuwe schoenen voor me moest kopen en dat mochten geen jongensschoenen zijn.

Het eten bij de bakker zou ik wel missen. Ik was weer op de stamppotten van thuis aangewezen. Maar daar vond ik wel wat op.

Eindelijk wat boeiends in mijn leven. Twee maanden proeftijd had ik gekregen. Nou, ik zou ze wel eens wat laten zien! En ja hoor……. weldra werden ze knettergek van mijn gedraaf.

Omdat ik alleen vodden van kleren had, moest er wat nieuws komen. Mijn jasschort was taboe. Meneer wilde een representatieve verkoopster.


Met moeder de opruiming in, waar ik drie nieuwe jurken kreeg. Twee dunnere en een iets dikkere, met een mouwtje.

Elke dag mijn b.h. aan en hele panty’s, daar zag ik wel tegenop. Wanneer had ik hele panty’s?

“De verkoopsters zijn het visitekaartje van de zaak”, had meneer verteld.

Ik kan me de dag als gisteren herinneren toen moeder en ik naar de stad gingen om de jurken te kopen. Zij bepaalde wat mooi was, na een blik op het prijskaartje. Een groene trevira jurk met een mouwtje, leeftijdloos. En een gebloemde dunne jurk, zonder mouwen, met een strak lijfje met knoopjes en een wijde plissé rok. Dat werd mijn lievelingsjurk.

 

Verder was er nog een bonte kermisjurk van een glimmende stof die zo slecht was, dat die de tweede wasbeurt niet overleefde. Daar was ik niet rouwig om. Midden op het voorpand stond de Eifel toren afgebeeld.

Op de fiets naar Geleen. De eerste werkdag arriveerde ik veel te vroeg aan een gesloten deur. Op mijn bellen deed meneer open en ik mocht mijn fiets in het magazijn zetten.

Voorlopig was er niets te doen vertelde hij. Ik moest maar wachten op de andere verkoopsters. Hij zou nog een boterham gaan eten boven.

Ik keek maar eens wat rond, langs de rijen stalen stoelen met skai bekleding, die aan elkaar vastzaten en wel een sopje konden gebruiken.

Vloerbedekking op de vloer, die beslist elke dag gestofzuigd moest worden, nam ik aan. De geur van leer was overheersend aanwezig en ook wat stoffigs. Van de vele dozen misschien?

Er was een eerste verkoopster die er al jaren werkte en Ria heette. Ze was nogal stug en niet moeders mooiste, maar dat was ik ook niet.

De tweede verkoopster Yvonne was gewoon een schat, blond, mooi, vriendelijk. Toen die was
gearriveerd, werd ik vanzelf een stuk rustiger. Ze stelde me op mijn gemak. Ze vertelde dat ik in de plaats kwam van een meisje dat zou gaan trouwen en niet meer terug zou komen. Later hoorde ik dat het meisje zwanger was van…Frits! Hoe klein is de wereld.

Frits waar ik in stilte verliefd op was geweest. Nou die had zijn best gedaan de sukkel. Nog niet afgestudeerd en al vader.

Derde verkoopster zou ik worden. Maar voorlopig werd er door mij niet veel verkocht, alleen maar onzin.

De baas vertelde dat elke schoen een nummer had. Aan dat nummer kon je zien of een schoen een dames- , heren- of kinderschoen was. Welke kleur, hakhoogte, open of dichte schoen, het leek wel geheimtaal. Ze spraken alleen in nummers, heb jij 256942 voor mij? 41 mag ook!


Verder waren er nog pantoffels, gympen en rubberlaarzen. Dat zou mijn afdeling worden. Daar kreeg ik de verantwoording over. Maar eerst moest ik maar eens rondkijken en de nummers uit mijn hoofd leren. Dit deed ik dan ook.

Ik weet bijvoorbeeld voor de rest van mijn leven dat 1302 een dichte damesschoen is, met een lage hak en bruin van kleur. In het rood heette hij 1304 en in het zwart 1301. Hij kostte toen fl. 14.95. Met een open hieltje zijn ze nooit gegaan. Te stug.

De zaak stond bekend om zijn lage prijzen, schoenen voor Jan met de pet. Gewoon waar voor je geld en dat was genoeg. Kaklui zag je er niet, Van Bommel verkochten we niet.

De damesschoenen kwamen ter verantwoording voor de eerste verkoopster. Die moest haar schoenen bijvullen als de bestelling kwam op dinsdag. Dat betekende: dozen schuiven tot de dozen op nummer, kleur en hakhoogte ertussen stonden.

We pasten alle schoenen aan en keken hoe ze stonden. In de meeste damesschoenen kon ik niet in, te brede voeten. Terwijl ik pumps zo leuk vond, net een ooievaar! Ook was ik gek op de oma pantoffels, geruit met een omgeslagen rand en een pompoen erop. Zalig zaten die.

Inruimen gebeurde op dezelfde manier met de herenschoenen. Die kwamen ter verantwoording van de tweede verkoopster. De kinderschoenen deden we samen. Mijn afdeling stond in het magazijn. Een stoffig, veel te klein hok, waar een hoop onnodige troep stond. Aan het eind van de eerste werkweek flikkerde ik mijn hele afdeling in de tuin, maakte alles stofvrij, schrobde de vloer en zag eruit om op te schieten.

Als ik al dacht een pluimpje voor mijn actie te krijgen, mis dus. Tijd voor een goed gesprek.  “Ik moest eens in de spiegel kijken”, vertelde meneer. “Ik leek wel een schoorsteenveger en was niet inzetbaar, en dat was de afspraak. Altijd inzetbaar en representatief zijn.”

Verder had hij geen opdracht gegeven om de hele afdeling in de tuin te gooien. Als het nu eens was gaan regenen? Hij was nog altijd de baas…en gaf de orders. Ik moest eens wat rustiger aan doen, niet zo rondrennen. Iedereen werd er nerveus van.

Welke afdeling ging ik nu weer in de tuin gooien? Ook moest ik eens wat doen aan die ruwe handen vol kloven en eelt. Proberen mijn nagels te laten groeien bijvoorbeeld. Vol verdriet ben ik die dag naar huis gegaan, ik had het zo goed bedoeld.

De volgende dagen probeerde ik me de kunst van elegant rondhangen eigen te maken. Wat me nooit helemaal is gelukt.

Nooit vergeet ik mijn eerste zaterdag. Niemand had me erop voorbereid. De zaterdag was een speciale dag, het was een complete modeshow. De verkoopsters hadden hun beste pakje of jurk aan, de haren in de krul en gouden en zilveren sieraden. Make-up en eau de toilette op. Hun mooiste schoentjes met hoge hakken aan. Mevrouw van boven kwam ook mee verkopen.

En daar kwam ik……Met een jurk die ik al voor de zesde dag aanhad. Een keer per week verschonen vond moeder genoeg. Ik had er het magazijn nog mee opgeruimd. Er waren wat vlekken op gekomen en niet meer zo fris.

Mijn melkboerenhondenhaar waar geen krul of slag in hield, ook al had ik geweten hoe dat moest. Make-up, als ik dat al had, daar wist ik niet mee om te gaan. Van welk geld? Wat heb ik me geschaamd die eerste zaterdag. We mochten eenmaal per week in bad, voor mij was dat op de zaterdag omdat ik zaterdags moest werken... Thuisgekomen ben ik eens met moeder gaan praten en nog eens en nog eens.

De kapper, handcrème en deodorant kon ik best van mijn zakgeld betalen, was haar mening. Als ik mijn kleren vaker wassen wilde, dan kon ik dat zelf doen, op de hand. Het wasmiddel kon ik wel van haar krijgen.

Het was een begin……..

Annemiek

zondag 28 juli 2024

Mijmering 75 Meloen schillen truuk, frambozen snoeien/opbinden, de hitte voor, golde roede kransje en een verhaaltje...

Beste mensen,

De grootste triomf van het leven is wel

dat we na elke keer vallen weer overeind komen...al was de val diep...

Na elke regendag weer de zon zoeken

en stapjes vooruit zetten al zijn ze nog zo klein...

Annemiek

Mijmering 75 2024.

Tip… De takken van de frambozen die oogst hebben gedragen herken je direct. 

Ze hebben houterige stelen en soms gedeeltelijk bruin blad, knip de stengels maar 10 cm boven de grond af. 

Je kan de stevige dikke takken eventueel als rijshout gebruiken dus bewaren.

Alle jonge scheuten opbinden, er zitten al knoppen, bloemen en framboosjes in die nog moeten kleuren. 

Een paar handen koemest korrels is wel aan ze besteed en even goed water geven…als moeder natuur het al niet deed.

Het snoeiafval bleef een nacht liggen en alle slakken hebben zich ijlings naar de hoop gehaast. 

De nachtelijke regenbui maakte wederom het vegen en onkruid verwijderen gemakkelijk. 

Wegenzout werd ingestrooid en hiermee is ook het laatste stukje hof weer verzorgt tot in de late herfst. 

Inmiddels is het zout door de zaterdag regen in de voegjes gespoeld.

Tip 2…In een grote pot had ik in maart wat rode Desiree aardappeltjes gepoot. 

Ondanks de slakkenplaag hebben ze toch wat oogst opgeleverd. 

Dat wordt gebakken aardappeltjes in de schil op het menu, met rozemarijn en kastanjechampignons 

die bij de LIDL in de reclame maar 98 cent per pond waren. 

Verse boontjes erbij met een gefruit uitje, klontje boter en nootmuskaat.

Om je bord bij af te likken al wilde Floor dat graag doen waarna ze haar snoetje waste…en nagenoot…

Tip 3… Een gemakkelijke manier om meloen van schil te ontdoen als volgt: 

Snij de meloen middendoor en trek met een eetlepel de zaden eruit. 

Leg de halve meloen op een snijplank of bord en haal de kaasschaaf erover. 

Wil je een dikkere laag verwijderen dan schaaf je nog een keer. 

De meloen kan in schijven of blokjes gesneden en is weer eens iets anders dan parten…

Tip 4… Laat de zon gratis je werk doen terwijl jij op stap gaat… 

Een handwasje buiten gedaan, gespoeld en kliedernat aan de lijn 

en een machinewasje erbij gehangen. 

Droog toen ik thuis kwam…

Tip 5… Hete dagen in het vooruitzicht dus werk vooruit met
pastasalade maken voor twee dagen.

Ingrediënten:

 Een beker kleine soort macaroni werd gekookt en afgespoeld.

Gemengd met een blikje tonijn (zonder vocht)

Handvol rozijntjes

Twee stengels bleekselderij dun gesneden

Peper (geen zout, zit al in de vis)

Yoghurtdressing en omscheppen

Afgedekt in de koelkast zetten.

Op zondagavond gemaakt op maandag lekker ingetrokken. 

Een halve meloen geschild en in plakken gesneden mee in de koelkast, 

en twee eieren werden met de pasta meegekookt. 

Morgen lekker “dolce far niente”…

Tip 6… Voor de zondag werden de restjes groente opgemaakt in een groentepannetje met een ei in het midden.

Ingrediënten voor deze keer: 

Gesnipperde ui aanfruiten in zonnebloemolie, 

enkele kastanjechampignons in stukken, 

peper/zout, ietsje kerrie, 1 rode paprika, 

enkele kleine aardappeltjes met schil in piepkleine blokjes gesneden en een paar boontjes.

Op de valreep nog een tomaat uit de vriezer gehaald, geschild en in stukken erbij. 

Roerbakken en even de deksel op de pan om te garen.

Deksel eraf en het ei in het midden breken en laten stollen…

Mijn leventje…Het is een genot even in de wereld van vriendin Sonja te vertoeven. 

Haar paradijsje wordt mede bewoond door haar twee zonen en de hond Max. 

De kipjes en de haan, omringt door de wilde tuin waartussen bloemen bijen en vlinders, pracht groente en fruit groeit.

Ondanks de slakken heeft ze het niet opgegeven. 

Ze moet er in de nacht soms op uit zijn geweest op slakkenvangst. 

Het is een tuin vol nostalgie en de frambozen zijn zo groot als ik ze niet eerder zag. 

Sonja's paradijs...
Ze geeft ezelmest die haar zoon meebrengt van de boerderij waar hij werkt. 

In royale dosis toegediend denk ik wel.

De rest snoeihout die ik over had van het vlechten, blijft aan de zijkant van mijn huis liggen. 

Het is een uitnodiging voor een egeltje als winterverblijf en natuurlijk voor andere beestjes. 

Voor de schuur in een hoekje achter het houten scherm ligt een bladeren hoop voor de
kleinere beestjes. 

Volgend voorjaar is dat prachtige bladcompost geworden, die ik hopelijk nog zelf kan gebruiken.

Mijn fietstocht terwijl de was droogde aan de lijn, ging naar “Nonke Buuske.” 

In het “Bakkes” waren wederom vele vlaaien gebakken en op de deel heerste een
nostalgische zondag rust. 

Later in de fruitwei nog een tijd op een bankje gezeten genietend van de tijdloze sfeer en de stilte… 

Onderweg naar huis langs de weg Gulde Roede geplukt en thuis gekomen direct een krans van gewikkeld. 

Gewoon over de oude krans heen die wel erg vaal was geworden na vier of vijf jaar…

Een verhaal uit het boek Heimwee naar Heusden…


Ouverture 1812.

Het zag ernaar uit dat we binnenkort weer op concours zouden gaan. Fanfare De Maasgalm wilde best nog wat prijzen in de wacht slepen. Wat spannend allemaal! 

Dirigent Mathieu Janssen deed er alles aan. Extra lange en zware repetities, steeds weer opnieuw de stukken doornemen. Het kon volgens hem nog beter. Ik werd er wel eens wanhopig van als hij me aankeek en zijn hand achter zijn oor legde als hij me niet genoeg hoorde in het geheel. 

Dan moest ik mijn partij wel eens alleen blazen. Wat niet echt lukte van de zenuwen.

Het verplichte werk bij het concours was Ouverture 1812. Een prachtig stuk met veel paukenwerk.

Koude rillingen kreeg ik ervan als we het speelden. Dat ik daar een onderdeel van mocht zijn, al was het een piepkleintje, daar was ik heel erg trots op. Ik bespeelde de bugel tweede partij, en Nelleke bespeelde de Cor en haar broer trompet.

Het concours was in België, een hele reis met een touringcar. Zoals gewoonlijk gaf moeder een pakje boterhammen mee. 

Geen extra geld en mijn zakgeld sinds ik werkte (2,50 de week) was niet van elastiek en nooit toereikend, er moest teveel van gekocht.

 

Ik leerde van een dubbeltje een kwartje maken. Maar ergens hield het op. Er bleef weinig over als de nylons waren gekocht, en hele nylons hoorden nu eenmaal bij een uniform.

Ik was nog een kind. Te veel zorgen, te vroeg aan het werken gestuurd, te zwaar belast van jongs af aan. 

De fanfare was dan ook mijn uitlaatklep. Daar had ik voor gevochten, om erbij te mogen en ik was de enigste van het gezin die bij een vereniging was. 

Ik had niet eerst gevraagd en het werd door moeder stilzwijgend gedoogt zolang het niets kostte wist ik. De lessen noten leren, waren gratis geweest, evenals de bugel waar een deukje inzat, als het geld kostte had ik er nooit bij gemogen. 

Zelfs het uniform met de pet was gratis geweest, daar kon moeder ook niets van zeggen. Dat alles wilde ik koste wat kost behouden. Dus zeurde ik niet over geld...

De fanfare was mijn eigen blije vrije wereld en ze kon me ontmoedigen zoveel ze wilde. Ik dronk wel water aan het kraantje op de plee en liep rond als we niet hoefden te spelen. Als je ergens ging zitten kwam een serveerster vragen wat je wilde drinken.

Mijn vriendin Nelleke vond het vreselijk. Die had wel geld mee en wilde het steeds delen. Dat gaf me een schuldgevoel, dus wilde ik het niet. Als ik al een glas limonade bestelde bleef ik een eeuwigheid erover doen.

 Enkele leden trakteerden me wel eens. Ik voelde me daar niet prettig bij omdat ik nooit iets terug kon geven. Dus probeerde ik niet op te vallen.

Van Koen van Mulken kreeg ik wel eens een zak frites. Als het wachten op de uitslag wel erg lang duurde en het later en avond werd en het brood al uren op. Koen speelde tuba en was misschien nog wel ouder dan mijn vader. Dat was wel vertrouwd.

Hij was een goed mens en woonde een straat verder dan wij…

Toen we in België weer eens heel lang moesten wachten, bracht hij zomaar frites en een croquet voor me mee en gaf me een knipoog.

 Ik bedankte hem met een stralende lach. Wat een zaligheid. Nu hoorde ik er weer bij. Bij de rest waar ik zo maar weer tussen kon gaan staan tijdens het eten, terwijl voor de zoveelste keer de ouverture werd gespeeld door een deelnemende fanfare of harmonie.

Er werd flink gedronken. We hadden immers al gespeeld en Koen vroeg of ik even meeging. Hij wilde me wat laten zien achter de tent. 

Het was al donker en hij legde een arm om mijn schouder. “Dat mocht toch wel? Was hij niet altijd goed voor mij?”

 “Ja dat wel, maar…” Verder ben ik niet gekomen.

Toen was er een zoen vol dranklucht en een kort gevecht waarbij ik in het gras belande. “Vaders knechtje” bleek niet opgewassen tegen de kracht van de forse volwassen man.

En terwijl ik schreeuwde, vlogen de knopen van mijn blouse, scheurde de split van mijn rokje en waren zijn handen overal tegelijk. Mijn geschreeuw werd niet gehoord… Even later was er die felle pijn geweest terwijl sterke handen als staal om mijn bovenarmen lagen.

Ik kon geen kant uit met die zware hijgende man bovenop me.

Overspoeld door de muziek en de paukenslagen van Ouverture 1812 verloor ik mijn maagdelijkheid. Nog veel meer ben ik verloren, terwijl achter die tent in dat duistere weiland een trauma werd geboren.

Voor niets gaat alleen de zon op, de rest moet meestal betaald. Vroeg of laat!

 Oh… kon ik toch alles overdoen. Dat de rekening gepresenteerd zou worden had ik moeten weten. “Je bent een lieve meid” vertelde Koen me nog. “Dit blijft tussen ons!” 

Ik zou wel zwijgen. Ik was het immers zelf schuld! Ik had nooit iets van hem mogen aannemen en moeten weten dat daar een prijs aan vast zat. Wat naïef was ik nog…Ik zweeg, lamgeslagen…

Bakkes van Nonke Buuske

Op weg naar huis, mijn uniformjasje dicht geknoopt, stil in een hoekje kon ik de ontsteltenis verbergen.


 Iedereen was vol van de behaalde overwinning en ze hadden genoeg gedronken.

 Tegen Nelleke vertelde ik dat ik ziek was, buikpijn zoals meisjes van dertien wel meer hebben.

Thuisgekomen heb ik zo goed als ik kon nieuwe knoopjes aan mijn blouse genaaid en de split van mijn rok gerepareerd. 

Ik wilde er niet meer aan denken. Het bloeden hield vanzelf op, het was net een beetje ongesteld zijn. Dat ging ook altijd over, niet meer aan denken…….niet meer aan denken!!

De volgende dag ging ik gewoon naar mijn werk bij de bakker. Zie je wel, alles was gewoon! Totdat donderdag de repetitie kwam. Daar moest ik naar toe. Dat ging niet anders.

Koen keek zo raar naar me. Ik ging hem uit de weg, trillend en misselijk, niet in staat om bugel te spelen.

 ‘s Nachts heb ik geschreeuwd in mijn dromen en later in de week nog eens. Moeder riep me ter verantwoording. Wat mankeerde ik eigenlijk met mijn lawaai.

Ik kon er niet over praten, was het immers zelf schuld.

Aan vader heb ik het uiteindelijk verteld. Die vertrok meteen naar Koen. Ik neem aan dat hij hem ter verantwoording heeft geroepen. 

Ik weet niet wat daar allemaal besproken is. Vader liet zich daar niet meer over uit.

Moeder vertelde later dat Koen misschien van zijn vrouw nooit mocht. Er was niets van gekomen, dus moest ik het maar vergeten.

Later zag ik een keer dat moeder de vrouw van Koen groette op straat, echt iets voor haar om nederigheid af te dwingen, dan voelde zij zich verheven.

 Die vrouw zal haar wel dankbaar zijn geweest. Door dat te doen gaf ze mij nog meer het gevoel dat ik geen enkele waarde voor haar had en ik de schuldige was. Zij koos niet voor mij. Dat was althans mijn invulling.

Verkracht voor een zak frites. Ik had nooit iets mogen aannemen en een levensles geleerd. Het schuldgevoel bleef heel lang. Omdat ik toen nog niet begreep dat een volwassen man die een kind misbruikt altijd schuldig is. Ik was niet in staat geweest om me te weren tegen iemand die me had ingepakt met aardigheid, daar zou ik nooit meer intuinen!!

 

Ik belandde in een warwinkel van tegenstrijdige gevoelens waarvan de eigenschuldgevoelens het heftigst waren. Het lage zelfbeeld bleef lang. 

Ik was “gebruikt,” beschadigd, niet meer nieuw, voor altijd een soort “tweedehands.” 

Het achtervolgde me tijdens de puberteit en had grote invloed op mijn verdere leven…Veiligheid was alleen nog mogelijk als ik zelf de regie zou hebben…

Annemiek.