Ieder mens wordt twee keer geboren,
De eerste keer uit degene die hem/haar baarde,
En de tweede keer uit zichzelf…
Annemiek
Mijmering 85 2024.
Tip…Je
hebt leenhonden, leenkinderen, bonuskinderen en adoptie planten. Verder is communicatie heel
belangrijk. Hoe dan?
Aan Sonja heb ik maanden geleden al gevraagd of ik de gedroogde hortensia bloemen in haar tuin mocht snoeien.
Het gevolg was dat om 6 uur in de ochtend Floor en ikzaten te ontbijten en om 7 uur de hortensia bloemen in Sonja’s tuin werden gesnoeid.
Aan de overkant gaat een tuin op de schop i.v.m. nieuwe
bewoners. Zonde om die pracht besjes verloren te laten gaan en vragen staat
vrij.
Een stukje spandraad en als het stevig moet zijn dan dubbel.
De punten ombuigen met de nijptang en in elkaar haken.
Zo simpel is
dat…
De hortensiakrans die al tien jaar of langer in de woonkamer hangt is verhuisd naar de muur van de schuur
onder het afdak. Vaal of
niet hij krijgt een tweede leven!
Zoals je ziet is het best mooi geworden en zie je
op de foto’s wel hoe te wikkelen inclusief “afkanten.”
De brandende zon heeft veel hortensia bloemen in tuinen verbrand.
Niets mis mee en knip je de verbrande blommen eruit en drukt
de bloemen tegen elkaar. Je ziet er niets van…
Tip 2…Helemaal in trance plaats en tijd vergeten werd besloten een deurkrans voor mijn overbuurman te maken.
Hij had een bijzondere band met zijn buurvrouw van het huis dat nu nieuwe bewoners krijgt.
De besjes uit haar tuin zijn dan ook een herinnering aan haar heb ik zo bedacht.De krans hangt al aan zijn voordeur…
morgen werk ik de krans nog iets bij...
Misschien krijgt hij ook nog touwfranjes en een blad hier en daar weg...
Tussen de besjes heb ik de hedera puntjes verwerkt.Tip
3… Met nieuwe ogen kijk ik naar de uitgebloeide sering hortensia in mijn natuurlijk afdakje bij de schuur.
Het is net kantwerk en heb ik ze verwerkt in mijn deurkransje waar onderaan nog wat touw aan werd geknoopt en iets uitgerafeld.
Een knoopje onderaan de touwtjes en helemaal goed.
Tip 4… Hergebruik spandraad. Een verbleekte krans werd kaalgeknipt en over de restjes heen de besjes takjes gewikkeld.
De besjeskrans kwam om de stolp met het gipsen pruimentaartje.
Hier en daar werd een takje bijgestoken om oneffenheden te verbessen eh… te verbloemen.Wat een schoonheid voor bijna
niets.
Allemaal cadeautjes van mijn moeder de natuur…
Tip 5…Doorgeven is beter dan naar het milieupark. Weer in de ontspul sfeer beland oftewel wat je niet hebt hoef je niet schoon te maken gaat mijn senioren logeerbed naar een meneer die daar heel blij mee zal zijn.
Het bed gaat weg Inclusief matras bedbodem met motor en hoofdkussen plus
bedsprei.
Het bed heb ik heel lang geleden voor niets van de buren
gekregen en is ook wel gebruikt maar weinig…Het gaat uiteraard voor niets weg…
Tip 6…B-kwaliteit pompoenen hadden ze op de zaterdagmarkt in Eygelshoven. Je gelooft het niet maar een euro per stuk.
Dan moet je wel om acht uur op de markt staan en grote spierballen hebben en ruime fietstassen of een auto.
De pompoenen zijn scheef,
hebben soms een afgebroken stengel, een beschadiging of deuk. Als de schil niet
beschadigd is kan je ze ook nog bewaren… Wat een rijkdom!
Mijn leventje… Tijdens de hete zondag werden kussenhoezen en de grand foulard van de bank gewassen. Twee overgordijnen die voor de trap hangen volgden.
Eenmaal per jaar was ik de overgordijnen in mijn huis hoe het me uitkomt. De glasgordijnen
worden tweemaal per jaar gewassen.
Verder is binnenkort de logeerkamer ook al helemaal leeg evenals de zolder. Zo weinig mogelijk spullen in mijn huis brengt rust.
Alleen het noodzakelijke nog om me heen. Jammer dat MEDIREVA geen overtollige urinezakken en verkeerde katheters terug neemt. Die zullen in de restafval container moeten en wie weet vind ik nog een hergebruik adres of doel…Een deel van een verhaal uit Onderweg naar de Vrijheid.
Serveerstercursus.
Eindelijk was het zover. Leren op kosten van het bedrijf,
ik deed niets liever. Diploma’s halen hoe meer hoe beter! Het verzachtte het
verdriet van niet mogen doorleren. De minderwaardige gevoelens zwakten wat af. Hoofd
omhoog en door… In de pauzes op mijn werk kwamen de boeken op tafel. Het
huiswerk voor de cursus was altijd tiptop in orde.
De moeilijke namen van de wijnen dramde ik in mijn hoofd. Wat was “droge wijn” wit rosé en rood? Op welke temperatuur de wijn geschonken werd. Uit welke druiven ze werden gewonnen en in welk land of streek die druiven stonden.
Zelfs bij welke gerechten de wijnen het beste tot hun recht kwamen. Likeuren en jenevers, aperitieven zoals port en sherry… allerlei soorten sappen en hoe ze geserveerd werden. Verschillende biersoorten en leren tappen. Wat was een receptie plateau? De uitspraak van moeilijke woorden kon ik niet oefenen, wat wel lachen was. Alle tekst leerde ik van buiten.
Nog steeds zitten de namen in mijn hoofd inclusief de foute uitspraak. Oh, het was zo boeiend allemaal. Het verschil van kwaliteit (dus prijs) na rijping van vijf, tien, of twintig jaar van bijvoorbeeld cognac. De V.O.P en de V.S.O.P.
De landen en steden waar de likeuren vandaan kwamen. Met mijn hang naar geschiedenis zag ik de monniken die de Benedictine D.O.M. maakten. Eeuwenlang hetzelfde bewaakte proces.
Hoe je een couvert moest opdekken als je van de leraar het menu kreeg. Welk bestek bij welk gerecht hoorde. Groot bestek, klein bestek, visbestek, voorgerecht, nagerecht. Waar het bestek moest liggen was cm werk en moest je kunnen uitvoeren. De verschillende soorten wijnglazen de inhoud per cc. Gerechten inzetten van links en uitserveren…Het was praktijk en theorie tegelijk. Toen de dag van het examen naderde was ik er klaar voor.
Op de lijst van de uitslagen stond A van Deursen op de eerste plaats met de hoogste punten. Ik had niet anders verwacht na al dat leren. Er stond een foto van de geslaagden in het personeelsblad. De eerste zijn bracht een groot geluksgevoel maar ook onvoorziene tegenslag. Ik werd overgeplaatst naar de derde etage. Een allround serveerster hoort in het directie restaurant.
Een klein zeer sjiek restaurant met een pantry. Het leek wel een ivoren toren. Alleen bereikbaar met een speciale lift vanuit de hal waar een bewaker toezicht op hield.
Daar
lunchte de directeur van het mega bedrijf. (ik noem liever geen naam een
standbeeld van hem in Eindhoven is genoeg) Soms met een paar gasten, maar
meestal meerdere…
Ik verveelde me rot en had helemaal geen zin in dat werk. Ik hield niet van die over het paard getilde lui. Of ze zagen je niet staan of ze keken teveel naar je alsof je als toetje bij het menu hoorde..
Als je dacht dat ze begripvol waren, had je het mis. De meeste tenminste niet, heb ik ervaren. Als je een gerecht uitserveerde gingen ze soms lekker achterover leunen om te genieten hoe ze werden bediend neem ik aan. Je moest bijna in spagaat om bij hun couvert te kunnen komen. “Dat gaat u goed af,” was de conclusie van een van de “heren.” Dat mocht schijnbaar omdat ze “hoge heren” waren? Lekker belangrijk zijn. Storen in hun belangrijk gesprek was niet aan de orde was me gezegd. Horen, zien en zwijgen. We moesten onzichtbaar blijven of zoiets.
Ik ben er uiteindelijk weggekomen doordat ik een kokend hete juskom “per ongeluk” in het kruis van een pantalon deponeerde.
De “meneer” vroeg erom, “ laten we het daar maar op houden. “De kosten van de stomerij zijn voor mijn rekening”, heb ik nog gezegd voordat ik trillend de lift nam naar kantoor en aan juffrouw M. vertelde wat er was gebeurd… Ze ging direct naar boven… Het had me mijn baan kunnen kosten, maar er was Godzijdank begrip en werd het gebeuren in de doofpot gestopt. Dat zal voor de “heer” wel het veiligste zijn geweest. Misschien heeft hij geleerd.
Juffrouw
M. zag intussen wel in, dat directieserveerster niets voor me was, ik moest
meters maken en werd ingezet in het restaurant b.g.g. bij de buitenlandse
gasten. Volgens haar was ik beslist nog te jong voor kantineleidster. Verder
was het doodzonde iemand die met lof slaagde achter de coulissen aan het werk
te zetten. Na regelmatig gezeur aan haar hoofd mocht ik het wel proberen. Dat
was natuurlijk genoeg.
Als een tank ging ik ertegenaan en zette alles op z’n kop. Vanaf die dag was de kantine mijn eigen "eenmansbedrijfje eh mijn troetelkindje.
Al
het personeel dat in het gebouw werkzaam was, kwam daar de koffie en lunchpauze
doorbrengen. Serveersters en technische dienst. Schoonmaakpersoneel en koks.
Magazijnbedienden en kantoorpersoneel.
Mijn taak begon vroeg in de morgen met koffie en thee zetten voor het personeel en “mise en place” maken voor de geplande vergaderingen. Dat was mijn eerste uitgewerkte idee. Voortaan werd servies klaargezet in bakken die in rekken werden geschoven. Een briefje erop voor welke vergadering in welke ruimte op welke tijd. Op het laatste moment kwamen daar de nodige gevulde koffiekannen en thee bij. De serveersters haalden het op en brachten het door. Nou het liep al snel gestroomlijnd. Ideeën genoeg.
Terwijl
de grote koffiezetapparaten volliepen werd de balie in de kantine opgebouwd.
Koppen en schotels van hotelporselein, lepeltjes, melk en suiker klaarzetten in
mooie bakjes. Serviesgoed voor de lunch in stapels op de balie. Bestek in
bestekbakken en papieren servetten in glazen op de tafels. Dienbladen niet te vergeten
op de hoek van de balie en een serveerwagen voor de vuile afwas. Om 10.00 uur
kwam de eerste groep personeel al koffie drinken.
De koks brachten tegen elf uur de soep van de dag en de ragout voor de pasteitjes. Het laatste kwamen de kroketjes. De koks smeerden harde broodjes met roomboter, goed belegd met ham en kaas. Bij grote drukte smeerde ik die zelf. In de koelingen in de keuken werd fruit gehaald, dat voortaan in een grote mand met rood/wit geblokte theedoek op de balie werd gezet.
Er waren slaatjes en melkproducten plus frisdrank. Klokslag 12.00 uur startte de lunch in de kantine voor de serveersters. Ze moesten op tijd weer in de restaurants zijn waar om 13.00 uur de lunch startte voor de hoge heren met hun gasten.
In de kantine lunchte in groepen het overige personeel met tussenpozen tot 14.00 uur. Het was bijvullen en bedienen, afwas op de serveerwagen naar de spoelkeuken en de zaak schoonhouden bij de koffiecontainer. Een eenman (vrouw) bedrijfje leek het wel.
“Mijn kantine” was half zelfbediening. De mensen namen zelf koffie en/of thee en liepen met hun dienblad voor langs de balie. De bestelde gerechten werden op voorverwarmde bordjes en in soepkoppen aangegeven.
De
soep en ragout werden au bain-marie warm gehouden. Alles voor een lage
personeelsprijs. Koffie en thee waren gratis.
Het
waren nog de gouden jaren van het grote bedrijf Philips, en er was overvloed.
De kantine was een gezellige ruimte met gemakkelijke stoelen aan de vele
tafeltjes. Geblokte linnen tafelkleedjes en echte bloemen in vaasjes op tafel,
plastic vond ik toen al helemaal niks.
De
bloemen schooide ik af van de mannen van de groenvoorziening. Die kwamen ook
wel eens koffiedrinken als ze de borders rond het gebouw bijhielden. Er was wel
eens een broodje of kroketje over. Voor wat hoort wat. Na drie uur in de
Verslaafd aan groenteschoteltjes. |
Al
moest ik ze onderweg in de bermen plukken…
Tussen de pauzes werden de stoelen rechtgezet en de tafels zo nodig afgenomen. Bij een ongelukje kwam direct een schoon kleedje op tafel. In de namiddag moest de koffiezethoek nog schoon… De rvs koffiezet apparaten met de deksels schuin erop. De filters op een stapel.
Natuurlijk zorgde ik ook goed voor mezelf. Elke dag twee stuks fruit, een hard broodje kaas, een beker yoghurt en melk. Melk was er thuis alleen voor de baby’s geweest.
Deel twee bij de volgende mijmering!
Annemiek