Laat op tijd wat hooi van je vork vallen
en stap uit de rij van te druk
fiets of kuier door de natuur en geniet
dat heet gelukkig zijn....
Annemiek
Ingrediënten:
Enkele kruimige aardappels
Zakje spinazie
Klontje boter/ nootmuskaat
Scheutje melk
Peper/zout
De spinazie wassen en grof snijden of knippen.
De gorgonzola in blokjes snijden.
Als de aardappels gaar zijn is het vocht meestal
verkookt.
melk tot een romige puree verwerken.
De gorgonzola door de puree roeren op zeer
laag pitje en de spinazie erdoor scheppen.
Op het bord Parmezaanse kaas of kaas van een blok raspen.
Verrukkelijk menu met een kommetje yoghurt na…
Ingrediënten:
1 kilo stoofpeertjes
1 a 2 kaneelstokjes
Rest rode wijn of port.
Werkwijze: De peertjes schillen met de dunschiller en de steeltjes eraan proberen te laten.
Zoek
een stoofpan waar het aantal peertjes precies in passen.
Breng aan de kook en stoof op laag pitje de peertjes gaar.
Keer de peertjes af en toe om ze egaal rood te laten kleuren…
Als ze gaar zijn, af laten koelen in de pan.
Hoe je de peertjes serveert? Als bij/groente of als nagerecht met een bolletje ijs en slagroom. De peertjes kunnen nu al gemaakt en ingevroren.
Wil je gebonden sap? Een deel van het sap in een pannetje aan de kook brengen en een beetje sap met een eetlepel aardappelzetmeel in een kopje oplossen.
Bij het kokende sap en op laag pitje laten binden. Te dik? Dan giet je een scheutje sap erbij…Tip
3…Een eenvoudig kersttaartje wordt heel speciaal als je
het zelf maakt.
Ingrediënten
voor de biscuit:
6 eieren
50 gram suiker in een kommetje
80 gram suiker in een ander kommetje
Twee mengkommen waarvan de ene op een pannetje heet water
wordt gezet. (au bain-marie)
Een met boter ingevette springvorm doorsnee 24 of 28 cm.
Een pannetje water aan de kook brengen en van de pit af.
Daar komt de mengkom op met 50 gram suiker en het eigeel van de zes eieren.
Het eiwit komt
in de tweede kom en wordt even opzij gezet.
De eigelen werden met de suiker op de verwarmde kom tot een romige crème geklopt.
Als grote bellen opkomen is de crème goed. Een schone
theedoek over de kom en laat maar op het warme pannetje staan…
De
oven voorverwarmen op 165 graden.
Beslag in de springvorm en in de oven… ongeveer 50
minuut. Steek met een breinaald in de
biscuit. Als de naald droog eruit komt is
de biscuit gaar.
Het opmaken van de taart: Rooster een zakje amandelschaafsel in de koekenpan. Snij de biscuit overdwars in twee delen.
Als slagroom heb ik drie pakjes gebruikt van de LIDL en een dag van te voren al gekoeld in de koelkast. Drie schepjes suiker en drie zakjes slagroomversteviger erbij.De beide delen met slagroom insmeren en bij een deel
aardbeien of frambozenconfituur of een potje vlaaivulling.
De bovenkant met slagroom insmeren en had ik net nog genoeg
slagroom voor een randje.
Slagroomtaart
per taartpunt invriezen:
Snij middenin de taart een rondje en snij stukken van de taart. Op een langwerpige schaal werden taartstukken gezet en enkele uren in de vriezer gezet.
De slagroom is nu bevroren en kunnen de stukken taart zonder schade per stuk verpakt inplastic zakjes.
In de vriezer zetten en de kan de schaal voor de tweede
keer gevuld met taartstukken. Na enkele uren weer per stuk verpakken.
Het rondje van de taart heb ik opgegeten bij de koffie en
de twee stukken taart die overbleven werden kregen een soepkom als “stolpje.”
Direct het zakje
eraf halen en de stukjes ieder onder een “stolpje” zetten in de koelkast.
Mij zie je niet meer
in de super alleen even heel vroeg op de zaterdag markt… Nog een
verhaaltje?
Vol geluk omhelsden we elkaar. “Hadden we genoeg voor een baby uitzet? In Tunis zorgen ze allemaal samen voor een kind," was zijn antwoord. Nou in Nederland niet… maar het was nog niet zover.
Misschien zou ik niet direct zwanger zijn. Oh, wat hield ik van die
geweldige man, die vader wilde worden. Een kindje van hem. Zo mooi en getint.
Zwarte
krulletjes op donkere huid. Een jongetje zou het zijn. Dat wist ik zeker.
Meisjes pasten niet bij
mij. Of wel? Zou hij me nog mooi vinden met een dikke
buik? Waar moest het wiegje staan? Ik was door het dolle heen. Maar even
voorzichtig aan doen. Een tijdje zonder pil zonder zwanger te zijn is beter
werd er verteld.
oker en wit. Pakjes en sokjes waren er wel in die kleuren.
Voor de spiegel thuis duwde ik mijn buik vooruit. Die was een beetje dikker dan normaal. Ik moest ongesteld worden vandaag of morgen. Babyzaken maar eens van me af zetten voorlopig. Tijd genoeg! Gedachten laten zich niet sturen.
Foto’s van de kleine neefjes en nichtjes van Mo werden opgezocht. Daar keken we dan lang naar enprobeerden er iets van te maken…..Zo ongeveer zou ons kind eruit gaan zien. Namen! Welke namen hadden de voorkeur?
Een Arabische naam moest het worden als het kindje toch meer op de vader dan de moeder zou lijken.
We zochten eventuele namen en schreven op die onze voorkeur
hadden. Malika, Dalila, Samira. Nee…..geen Joesoef, Mustapha of Ali. Wel Samir
en Majdie kwamen op ons lijstje. Welke naam we ook kozen, als het een jongetje
was zou Mohammed er aan voorafgaan.
Steeds meer stond de deur van de toekomstige babykamer open. De muurkast werd geïnspecteerd. Daar zou veel babyspul in passen als een commode niet voldoende zou zijn.
Helaas was ik weer ongesteld geworden dus zover was het nog lang niet. Ons leven verliep in gelukkige verwachting, zonder problemen. Die gingen we gewoon uit de weg omdat we nergens heen gingen.
Af en toe
was er contact met de zussen. Er werd veel geschreven in die tijd. De strijd om
zo snel mogelijk het ouderlijk huis te ontvluchten verbond de kinderen van
Deursen. Het leek de enige verbondenheid. Mijn jongste zus was sinds kort ook
getrouwd en thuis weg. Mijn oudste zus
had al een kind. We kwamen zelden bij elkaar. We vertrouwden elkaar voor
geen meter.Plaats voor taartpunten
en gestoofde peertjes.
Inmiddels begreep ik waarom de band
tussen broers en zussen zo slecht was en bleef. Moeder had steeds tweedracht
gezaaid in het gezin en bleef daar ook mee bezig. Ze kocht als het ware informatie en “goodwill” bij de
zussen waar degenen met hang naar geld op in gingen. Ik hoor het haar zeggen: ”Hier
hedde duuzend gulden, maar nie tege onze Annemiek zeggen.” ” Hedde gij nog contact, hed ze nog die
zwarte?”
Een
vreemde was eerder te vertrouwen dan een broer of zus. Ik las het in de brieven
die bewaard werden in een schoenendoos. Een doos voor brieven van Mo van zijn
familie en een voor de brieven van mijn zussen aan mij.
Tussen mijn ouders en mij was het contact verwaterd. Dat contact had dan van mij moeten komen
omdat liefde bij moeder ontbrak en vader de kerk in het midden liet, anders had hij geen leven. De strijd om moederliefde die er niet was had ik al tijden geleden opgegeven en geld van die kant heb ik nooit gewild en nooit aangenomen.
We hadden
elkaar niets te vertellen leek het wel. Als moeder mijn Arabische lief niet
accepteerde bleven ze maar weg. Rust en vrede.
Annemiek